Menu Sluiten

Turkije

Altijd begint hier een mooie, wonderlijke dag.
De avontuurlijke drang in mij geeft sein om mijn rugzak te nemen en op de plaatselijke bus te stappen, die me zal brengen naar een plaats waar mijn lichaam en ziel kunnen rusten. Daar waar ik kan mijmeren on­der de schaduw van een olijfboom en me daarna omringt weet door spelende kinderen en volwassenen die de wereld alleen kunnen ont­dekken door verhalen die ze te horen krijgen.

Dit land heb ik mogen ontdekken via een georganiseerde reis met gids. Een gids die meer vertelde dan de gebruikelijke uit het hoofd gestudeerde teksten uit de toeristische folders.
Ondertussen heb ik al verschillende malen het land bezocht en op ontdekking gegaan op mezelf.

Geen enkele gids kan mij meer vertellen dan de plaatselijke be­­volking, waar op verschillende locaties al een plaats is vrijgehouden voor mijn onverwachte bezoeken.
Als toerist blijft men gewoonlijk hangen in de kuststreek, waar alles zo­wat aan Blankenberge en Oostende doet denken. Opdringerige verkopers proberen je dingen aan te smeren die je niet nodig hebt. Je eet er zoals in België en je voelt je thuis omdat ook hier je Stella staat.
De echte reiziger neemt afstand van deze centrale toeristenopslag­plaats en zet een stap verder in de wereld. Als alleenreizende vrouw kan je rekenen op een vleug bewondering en een groot pak bescherming. Hier voel ik me veiliger dan in een Belgische stad.

Tergend langzaam worden heuvels en bergen overwonnen door busjes die mens en dier vervoeren. De geur van menig kruid en voedsel doet je constant aan eten den­ken, maar ook hiervoor is er een oplossing: Je kijkt even verleidelijk naar het voedsel dat de persoon naast je aan het verorberen is en ne­gen keer op tien mag je eerst proeven en daarna mee eten. Binnen de kortste keren zijn Belgische koeken en Turkse spe­cialiteiten van eter verwisseld.

Dit is de aardstreek van de warme bevolking in een land waar het niet voor iedereen goed wonen is, waar de politie twee gezichten heeft, waar politieke overtuigingen binnenskamers en fluisterend worden besproken.
Volk, ik hou van jullie.
Kleine dorpjes liggen verborgen als schildpadden die schuilen voor de winterkou. Huisjes met zolderingen waar kabouters zich nog zouden moe­ten bukken geven ganse families en verloren gelopen reizigers, zoals ik, de nodige bescherming en nestwarmte.

De straatjes tussen de huizen zijn een veilige speelplaats voor kin­deren en een keuvelplaats voor de ouderen. De enige auto die soms in het dorpje langskomt laat zijn komst mel­den door de galmende muziek die door de openstaande autoruiten naar buiten galmt als luidsprekers in een discobar.

Als de avond valt en de duisternis stilaan de huisjes binnensluipt, ver­­plaatst de straatdrukte zich naar de eenkamerwoning, waar eten, praten en kaarten op het programma staan.
Wie moe is legt zich neer en een lieflijke hand zal je wel onderdekken met een versleten deken, tot er weer een nieuwe dag aanbreekt in het land waar mijn hart kan rusten en bij mensen die mij dierbaar zijn.