Een rondreis in groep is een dubbel avontuur.
Je weet niet hoe de reis zal verlopen, je weet niet hoe de gids gaat reageren, je weet niet waar je gaat slapen, maar je weet helemaal niets over je medereizigers. In het vliegtuig heb je nog geen enkel vermoeden van wie er tussen al die passagiers diegenen zullen zijn die straks met jou samen in de bus zullen zitten om de rondreis te maken.
Bij aankomst en het vullen der bussen weet je het dan uiteindelijk. Je ziet gezichten, maar je kent niemand.
Een opmerkelijk gebeuren: de Vlamingen gingen bij de Vlamingen zitten, de Walen bij de Walen. Separatisme op de bus in Turkije.
Vlugge zenuwachtige glimlachjes worden onderling uitgedeeld. er wordt afwachtend gereageerd. De gids heeft het eerste, al even zenuwachtig woord.
Met zeventienen vullen we een halve bus, maar dat komt uitstekend uit om de volgende dagen onze vermoeide ledematen te kunnen strekken, of om toch even in afzondering terug te trekken.
Op het eerste zicht is Tarkan een mooi gebeeldhouwde Oriëntaalse jongeling. Wit, fijn in de plooi gestreken hemd, een in de plooi hangende broek, geschoren als een babyhuid en bruin als de geurige dadel. Een machozonnebril, die regelmatig van het bovenhoofd naar de neus wordt verplaatst als mensen te dichtbij komen, verbergt ogen die ik pas later zou ontdekken. Die ogen ontdekken, blijkt uiteindelijk een doel op zich, en zou, zonder ik het besef mijn leven overhoop halen. Neen, het wordt niet wat je denkt.